Is windenergie te duur?

Deze week vond ik een aardig publicatie over windenergie, “argumenten bij 5 stellingen”, op de site van het planbureau voor de leefomgeving. Aanleiding is de doelstelling om in 2020 14 procent hernieuwbare energie te gebruiken die binnen de EU is afgesproken. Het Energieakkoord kijkt naar 2023 en heeft de ambitie om 16 procent te realiseren. Het coalitieakkoord bevat een doelstelling van een volledig duurzame energievoorziening in 2050 en de Europese ambitie voor 2050 is om 80-95 procent reductie van broeikasgassen te
realiseren. Hiervoor zal veel duurzame energie opgewekt moeten worden. In het Energieakkoord wordt daarom hoog ingezet op windenergie.

Het gaat om de volgende 5 stellingen:

  1. Windenergie is niet nodig, er zijn betere alternatieven (klopt niet)
  2. Windenergie levert geen CO2-reductie op (klopt niet, jammer is wel dat windenergie vooral relatief schone elektriciteit, opgewekt door gas verdringt)
  3. Windenergie past niet in Nederland: we zijn te dicht bevolkt (klopt deels, ligt genuanceerd)
  4. Windenergie is te duur (hier ga ik verder op in).
  5. Windenergie biedt economische kansen (klopt redelijk).

 

Het is jammer dat de auteurs zich vooral beperken tot de argumenten en niet met een conclusie komen. De conclusies (tussen haakjes) heb ik daarom zelf maar getrokken op basis van het stuk.

De stelling dat windenergie duur is, is natuurlijk een interessante om hier verder te behandelen. Ik ga daarbij in dit eerste artikel volledig uit van de tekst in de publicatie en probeer die samen te vatten en wat te verhelderen. Maar vooraf is het interessant om even stil te staan bij de vraag wat te duur betekent? Is windenergie te duur als het duurder is dan bijvoorbeeld energie uit kolen? Of is windenergie te duur als niemand het wil hebben? Ik trek maar even de vergelijking met een simpel willekeurig product als een zomerjas, wanneer is die te duur? Volgens mij als niemand die jas wil kopen voor de gevraagde prijs. Het zou dus interessant zijn te weten wat mensen bereid zijn te betalen voor bijvoorbeeld windenergie van zee, dan weten we wanneer het te duur is. Maar goed, grote kans dat veel mensen niet meer willen betalen dan ze nu betalen, dat is ook het uitgangspunt van deze studie, een vergelijking met de huidige prijzen. De auteurs geven niet aan wat ze met te duur bedoelen, ik ga er daarom van uit dat de stelling is, windenergie is te duur, het kan op basis van financiële argumenten niet concurreren met andere energiebronnen.

Windenergie is te duur
Windenergie op gunstige locaties op land is nagenoeg concurrerend met fossiele stroom. Op minder gunstige locaties nog niet. Maar wat niet is kan nog komen, de afgelopen 30 jaar zijn de kosten voor windenergie jaarlijks met gemiddeld 5% gedaald, als die daling doorzet wordt het ook op andere plekken al snel concurrerend. Anders ligt het met windenergie op zee, die is 2 tot 3 keer zo duur als fossiele stroom. Om de doelstellingen te halen wordt de komende jaren juist fors ingezet op windenergie op zee. Is windenergie op zee dan te duur of gaat hier de komende jaren nog veel veranderen waardoor het wel concurrerend wordt?

In het energieakkoord is het doel opgenomen dat de komende 10 jaar de kosten voor windenergie op zee met 40% gaan dalen. Door deze daling is windenergie op zee nog steeds duurder dan fossiele stroom en windenergie op land. Maar deze hebben beide hun nadelen. Het Rijk wil windenergie op zee dan ook subsidiëren mits deze kostenreductie gerealiseerd wordt. Op zich een slimme aanpak, want een subsidie heeft als risico dat het partijen lui maakt en daardoor innovatie tegenwerkt, dat voorkom je hiermee.

Bij die prijsdaling van 40% zitten een paar adders onder het gras. Een belangrijke is dat windmolens die verder op zee staan duurder zijn. De zee is dieper, en dus is er meer materiaal nodig en is plaatsing lastiger en omdat het verder weg is heb je een langere kabel nodig en wordt onderhoud ook een stuk duurder. Maar de keuze voor de locatie is vooral een planologische kwestie en je kan de kosten voor windstroom daarvoor corrigeren. Het zou zo in theorie kunnen dat windenergie op zee 40% goedkoper is geworden maar als gevolg van planologische keuzes je daar weer een hoop van inlevert. Het Rijk houdt hier bij de subsidiëring rekening mee. Nog een addertje heeft te maken met vraag en aanbod van elektriciteit als er heel veel windenergie wordt aangeboden dan daalt op dat moment de elektriciteitsprijs en wordt windenergie dus vanzelf minder rendabel. Misschien komen we daar later nog wel op terug.

Uitgaande van die prijsdaling is het interessant is te kijken naar de prijsontwikkeling van windenergie op zee in de afgelopen jaren. In 2006 en 2008 werden in Nederland 2 windparken geopend, daarna zijn de prijzen niet gedaald maar gestegen:

  • Windparken worden verder uit de kust aangelegd.
  • De eerste windmolens op zee waren daar niet voor bedoeld en konden niet goed tegen de omstandigheden. De nieuwe molens wel, maar deze zijn daardoor wel duurder. De kWh prijs van deze nieuwe molens is uiteindelijk lager. Het lijkt mij dat kosten per kWh over een langere periode uiteindelijk bepalend zijn, ik zou dit dus als kostenverlagend zien.
  • Bedrijven wilden zich graag ontwikkelen op de markt voor windenergie op zee en leverden relatief goedkoop met lage winstmarges (bijvoorbeeld offshore bedrijven). Nu willen ze een normale winst.
  • Windmolenfabrikanten hadden veel werk aan windenergie op land en konden door schaarste aan molens hogere prijzen rekenen.
  • De prijzen voor grondstoffen zoals koper en staal zijn flink gestegen. Inmiddels zijn de prijzen weer gedaald maar nog tot het oude niveau.

 

Offshore parken die na 2006 gebouwd werden waren daardoor 2 keer zo duur als parken daarvoor. Maar de verwachting is dat bovengenoemde factoren in de toekomst geen rol meer spelen. De keten van leveranciers is nu een stuk stabieler.

Los van de prijsontwikkeling in het verleden is een belangrijke vraag of het lukt om in 10 jaar de kosten met 40% te verlagen. Het is interessant te kijken hoe dit aangepakt wordt.
Aan de ene kant is er een leercurve waarmee je de verlaging van de kosten kunt bepalen bij elke verdubbeling van de capaciteit. Hierbij wordt er vanuit gegaan dat een verdubbeling van het vermogen van windenergie op zee tot een leereffect leidt dat vervolgens weer leidt tot een kostenbesparing. In dit geval 5 -9% kostenbesparing bij verdubbeling. Hierbij wordt geen rekening gehouden met externe factoren (zoals grondstofprijzen) die dit weer teniet kunnen doen.
Een ander manier is een meer technische kijk, de hele keten analyseren en onderzoeken waar mogelijkheden liggen voor besparing. Die zijn er, een kostendaling van 30-40% is mogelijk, maar een kostendaling van 40% in 10 jaar wordt als zeer ambitieus gezien.

Tegendenken
Nu wordt het even tijd voor tegendenken. Als je iemand in zeg 2002 had gevraagd hoe de prijzen voor offshore windenergie zich zou ontwikkelen zou die waarschijnlijk zeggen dat de prijs naar beneden zou gaan (ik heb het overigens niet gecontroleerd). Vervolgens blijken er allerlei factoren te spelen die je vooraf niet had zien aankomen (weerstand tegen parken nabij de kust, prijsstijgingen van grondstoffen, marktmechanismes etc.). Op dit moment concluderen we dat deze factoren de komende jaren niet meer van belang zijn. Dan vraag ik me twee dingen af. ten eerste waarom zouden deze factoren over een paar jaar niet opnieuw een rol spelen en ten tweede, welke andere onvoorziene factoren komen er nog op ons af? Zonder enige kennis of studie noem ik maar even een paar punten die me zo te binnen schieten:

  • Extra veiligheidsmaatregelen (in oktober 2013 overleden twee monteurs in een molen a.g.v. Brand)
  • Extra voorzieningen t.b.v. vogels of veiligheid van de scheepvaart.
  • Stijging van de kosten om windmolens te plaatsen. Door de aantrekkende economie hebben offshore bedrijven weer de handen vol aan de olie- en gasindustrie.
  • Etc.

 

We hebben al eens eerder verwezen naar het boek zwarte zwanen van Taleb, verwacht het onverwachte.

Hoe zit het met de opbrengst?
Als het gaat om de vraag of windenergie duur is en vooral of het kan concurreren met andere energiebronnen, dan heb je aan de ene kant de kosten en aan de andere kant de opbrengsten. De kosten zijn hoog zoals hierboven is beschreven. De opbrengsten komen uit de verkoop van elektriciteit en zijn dus een gevolg van de op dat moment geldende prijzen. Nou is het lastige bij windenergie dat het aandeel over een heel jaar beperkt kan zijn maar op bepaalde momenten heel hoog. Als er weinig vraag is en het waait hard (bijvoorbeeld ’s nachts) dan kan het aandeel windenergie op dat moment relatief hoog zijn. In Denemarken en Duitsland heeft deze situatie zich al voorgedaan. Het gevolg is dat op dat moment het aanbod aan elektriciteit een stuk hoger ligt dan de vraag en de vergoeding per geproduceerde kWh dus laag wordt. Je zou zelfs kunnen zeggen dat naarmate windenergie een groter succes wordt, de vergoeding per geleverde kWh naar beneden gaat. Alleen oplossingen op systeemniveau zoals energieopslag of uitwisseling van elektriciteit met landen ver weg kan hier voor een oplossing zorgen.

Conclusie
We komen hier nog een keer op terug met meer kritische beschouwingen, maar dat vraagt nog wel wat denkwerk. Voorlopig is mijn conclusie windenergie op land is niet duur, windenergie op zee is wel duur. Ik had het graag anders gezien maar loop de beredenering nog even door.
Windenergie op land is nagenoeg concurrerend. Je mag aannemen dat nieuwe molens een wat hoger financieel rendement hebben zodat dit op korte termijn echt concurrerend is.
Windenergie op zee is ongeveer 2 keer zo duur als windenergie op land. Het energieakkoord hoopt op een kostenreductie van 40%. Het is twijfelachtig of je deze kostenreductie haalt. Op basis van de leercurve verwacht je het niet, op basis van een meer technische benadering zou het kunnen maar is het zeer ambitieus. Daarbij is dan geen rekening gehouden met allerlei onverwachte ontwikkelingen. En, bij een kostenreductie van 40% is het nog steeds duurder dan wind op land wat nagenoeg (maar dus niet helemaal) concurrerend is.

Waar we het dan niet over gehad hebben zijn allerlei externe effecten. Welke externe kosten en besparingen heeft windenergie op zee t.o.v. fossiele energie en welke neveneffecten treden er op zoals bijvoorbeeld marktkansen voor Nederlandse bedrijven. Windenergie op zee zou dan rechttoe rechtaan berekend duurder kunnen zijn, maar over de langere termijn, met een bredere blik op rendement wellicht best aantrekkelijk. Of niet, dat kan er natuurlijk ook uitkomen.

 

Stijn van Liefland

Eén gedachte op “Is windenergie te duur?

  1. Henk Daalder Pak de Wind

    Een kort advies, windenergie is niet voor investeerders, omdat EZ er subsidie op geeft, is het duurder dan nodig is, en parasiteren investeerders dus op de consument die die subsidie allemaal betaalt.

    Het hierboven gerefereerde verhaal tegen windenergie, was van Pieter Boot, de EZ ambtenaar die na 2000 buitenlandse kolencentrales naar Nederland haalde, en ze beloofde dat ze ion Nederland goedkoop konden vervuilen en veel winst zouden kunnen maken.
    Want zijn ministerie, EZ, voert al decennia een kruistocht tegen duurzame energie. Dus de buitenlandse kolencentrales zouden een veilige haven vinden in het fossiele Nederland.
    Inmiddels wordt er wereldwijd ca 1 GW, per week, aan nieuwe windparken bijgebouwd. Dus ondanks de kruistocht tegen duurzaam, de grote kolenbedrijven kunnen niet alleen in Nederland overleven.
    Pieter Boot is dus de representant van de fossiele belangen. Nu is hij bewaker voor het fossiele politbureau, om het PBL niet te duurzaam te laten denken.

    Nu windenergie.
    Er worden wereldwijd zo veel windparken gebouwd, omdat de stroom uit windmolens zo goedkoop is. Ca 3 cent in nederland, kostprijs, voor eigenaren van de windmolens.
    Natuurlijk hangt de kostprijs ook af van hoe duur het geld is, maar juist daarom kunnen consumenten het beste eigenaar zijn van windmolens, en niet investeerders.
    Consumenten hebben hebben het goedkoopste geld, na de overheid zelf.
    Bedrijven en investeerders hebben veel duurder geld, kijk maar naar de geeiste rendementen door bedrijven en investeerders. tussen de 8 en 20%. De SDE beloofd dat 15% haalbaar is, dat rendement stelen investeerders dus van de subsidie betalende, consumenten.
    Investeerders in windmolens zijn dus de vijanden van burgers.

    Wat wel goed investeren is, is als alleen de bouw gefinancierd wordt, met het doel, het windpark in stukjes te verkopen aan stroomverbruikers.
    Dit soort investeerders, krijgt zijn geld dus met een beetje winst, snel terug.
    Door consumenten als doelgroep te kiezen, voor de verkoop vande stukjes windpark, daalt ook het ontwikkelrisico van het windpark, en het draagvlak maak je als investeerder zichtbaar door het windpark al vroeg in de planfase te verkopen. net als een nieuwbouw woning betalen de consumenten hun stukje windpark in termijnen, tot en met de laatste termijn bij oplevering van het windpark.

    De kostprijs van de stroom voor de kopers is als volgt opgebouwd:
    deelbedragen per opgewekte kWh

    1 cent onderhoud van de windmolens
    0,5 cent vergoeding voor de grond
    0,4 cent aansluit kosten bij de netbeheerder
    0,1 cent verzekering en OZB en kleinere kosten.
    0,8 cent organisatie kosten voor de lokale beheer club. Die kan een deel hiervan ook als korting aan de eigenaren geven, of een tegemoetkoming in de energiearmoede van de mensen die niet meedoen.
    Ga geen “compensatie” geven, want dan blijft het windpark herinneren aan iets negatiefs dat er niet is. De eigenaren zijn trots op hun windpark. degenen die niet meedoen, hebben spijt dat ze de leugens van de tegenstanders geloofden.
    Deze cijfers zijn gebaseerd op de modelberekening van EZ. banklening en rente, en SDE subsidie zijn weggelaten, want niet nodig.

    Vanuit consumenten perspectief, koopt een huishouden voor bijv 2400 EUR een stukje windpark, en gaat daarmee

    Samen is dit 3 cent kostpeijs van stroom uit je eigen stukje windpark op het land.

    Dit is mogelijk omdat windmolens automatisch werken, er is geen ondernemerschap, of investerings rendement nodig.
    Gun als investeerder, de stroom consumenten zijn voordeel, en haal rendement uit de bouw en verkoop van stukjes windpark.
    Aannemers bouwen tegenwoordig ook koopwoningen, al zijn er ook nog huisjesmelkers.
    De huidige windpark bouwers zijn allemaal huisjesmelker.
    Als investeerders kun je ze de goede kant op duwen, door te investeren in windparken voor de verkoop, dat levert meer op, en kost minder subsidie.

Reacties zijn gesloten.