Marc de Vos over extreme rijkdom

Een paar weken geleden las ik een interview annex boekbespreking met Marc de Vos in de Volkskrant. Ik heb lang getwijfeld of ik hier een blog over zou schrijven. Waarom?

Boek niet gelezen

  • De auteur én het nieuwe boek zeiden me niets. Het nieuwe boek heet trouwens: Ongelijk maar fair. Niet een heel sterk argument besef ik me.
  • Ik heb het boek zelf niet gelezen, moet het dus puur doen met dat ene interview en wat ik zo kan vinden door wat te googlen.
  • Het hele interview uit de Volkskrant is dus mijn basis en ook daar kan ik niet vrij naar verwijzen (alleen bsb voor abonnees van de Volkskrant). U moet het dus doen met een klein kopje op de site van de Volkskrant.
  • Ik merk dat ik geen afgewogen oordeel heb over dit complexe onderwerp van (de voor- en nadelen van) extreme rijkdom.

Piketty-killer?

Waarom dan toch hier mijn kostbare tijd in steken?

  • Het interview triggert door de enorme grootspraak: forget Piketty! Deze econoom heeft het onderwerp dan wel op de agenda gezet maar snapt er eigenlijk maar weinig van. En zo’n uitspraak komt dan van een jurist. Misschien ook geen sterk argument maar ik vertel het maar eerlijk. Het woord ‘Piketty’ staat op mijn lijstje keywords waar ik op aan sla, zie eerdere blogs over Piketty op deze site (betreft een reeks van 6 blogs, laatste hier te lezen Piketty voor dummies deel 6).
  • De redenering zoals ik die in het interview lees heeft een vreemde kronkel. Het lijkt een beetje op wat ik enkele weken geleden schreef over de (vermeende) voordelen van recycling van je huisafval. Er lijkt een objectief betoog te worden opgezet maar op de een of andere manier bekruipt me het gevoel dat de standpunten vooraf al zijn ingenomen en dus de conclusie al op voorhand bekend is. Er lijkt sprake van een redeneertruc: er is sprake van een mythe (dat rijkdom erg is) en die moet worden ontmaskerd. Overigens is De Vos niet de enige die graag mythes ‘debunkt’, zie bijvoorbeeld ook de blogs over de mythe van de vrije markt.
  • Dus ach laat ik eens sober beginnen door een mindmap te maken van de opbouw van het betoog zoals ik het las. Wat zien we dan?
  • Ik heb Jos van Hezewijk, een elite-onderzoeker en expert op het gebied van macht en rijkdom, eens losjes gepolst: wat vind jij hier nu van? En ik kreeg per kerende post een epistel terug met de strekking dat er weinig van klopte wat die De Vos betreft. Aha, hier is dus wel wat aan de hand. Dat alleen al vormt stof voor een vervolg blog. Zo komen we ergens.

De mindmap

Dit is wat ik uit het interview haal:

ScreenShot002

Piketty heeft leuk werk gedaan door allerlei statistieken over armoede en rijkdom bij elkaar te plukken. Hij heeft het onderwerp daarmee op de agenda gezet. Chapeau. Maar hier had Piketty op moeten houden, de Piketty als politicus is minder geslaagd. Allerlei aanbevelingen (met name in de belastingsfeer) had hij beter achterwege kunnen laten. En sterker nog: het hele onderscheid tussen ‘arbeid’ en ‘kapitaal’ is niet meer van deze tijd. Dus ergens slaat deze Piketty de plank ook nog eens flink mis. Hij weet niet door te dringen tot de échte kern van het probleem door vast te houden aan deze verstofte tweedeling.

Oef. En aldus deze De Vos dus.

Goed, de man heeft onze aandacht! Laten we zijn redenering eens volgen. Superrijke mensen (zoals Mark Zuckerberg van Facebook) zijn vaak superharde werkers. Met andere woorden: – de rijkdom komt niet zomaar uit de lucht vallen, – heeft weinig te maken met ‘dood kapitaal’ dat door erfenis is verkregen, – deze vorm van ongelijkheid is productief (voor de maatschappij) en daarmee een verdienste. Ondernemerschap loont! Achterliggende waarde: ongelijkheid door veel inspanning (van jezelf) en verdienste (voor de maatschappij) is prima.

Het volgende argument heb ik het ‘rotte appels’ argument genoemd in de mindmap. Ja, misschien is er dan wel sprake van ‘foute rijken’ (rijken dus die niet voor hun geld hebben gewerkt, rijken die hun rijkdom niet ten nutte maken aan het grotere geheel) maar dat zijn de rotte appels, dat zijn de uitzonderingen. Het allergrootste deel van de rijken der aarde is te herleiden tot een goede benutting van verschillen in menselijk talent. Achterliggende waarde: menselijk talent mag beloond worden, ongelijkheid (in beloning, vermogen etc) die te herleiden is tot verschil in menselijk talent is goed.

Dan komt een argument van een andere orde. Dit argument heeft het karakter van een systeembeschrijving. De kern van dit argument is: of je ongelijkheid nu leuk vindt of niet, het zit als het ware in ons (economische, sociale) systeem ingebakken. Het argument heeft twee subtakken. Succesvolle mensen (hoge opleiding, goede banen, geld, vermogen, uiterlijk, status etc) zoeken elkaar op en trouwen met elkaar. Zo krijgen deze mensen door een betere opvoeding en meer scholing bijna automatisch meer succesvolle en daarmee rijkere kinderen die weer trouwen met … etcetera. Verschillen in rijkdom ontstaan zo dus door vrijwillige dagelijkse keuzes van burgers. En, misschien zijn we onszelf daar niet van bewust, de immigratie van nieuwkomers in onze maatschappij betekent import van ongelijkheid. Immigranten stromen in de regel in aan de onderkant, ontvangen lagere lonen, zitten vaker in een uitkering, allemaal elementen die bijdragen aan de rekensommen van Piketty.

En dan is er nog een groep rijken die aan de foute kant van de streep staat: de generatie babyboomers. Maar dit is een historisch incident, een samenloop van omstandigheden, geen structureel fenomeen. Door een lange tijd zonder oorlog, de uitvinding en verspreiding van een aantal technische vindingen, de opkomst van massaproductie en globalisering, heeft met name de generatie babyboomers een ongekende welvaart en rijkdom mogen ontvangen die niet per se is te herleiden tot eigen verdiensten.

Dan (eindelijk) naar de oplossing. De oplossing is niet om rijkdom zwaarder te belasten (zoals Piketty voorstelt). Want? Daarmee gooi je de kracht van ongelijkheid door verdienste voor een deel weg? Het antwoord (als we er al vanaf willen) moeten we zoeken in het verminderen van de verschillen in startkwalificaties. Want het kan niet zo zijn dat rijkdom een kwestie van predestinatie wordt en dat daarmee (wel) menselijke talenten niet tot wasdom komen. De redenering hier loopt vooral via de lijn van de opvoeding en opleiding. Laag geschoolde ouders voeden hun kinderen anders op dan hoogopgeleide ouders (minder lezen, minder uitleggen, minder praten). Dus kinderen van laaggeschoolde ouders beginnen al met een achterstand. De oplossing is dus in een vroeg stadium oog te hebben voor deze verschillen. Niet afstraffen van succes (meer belasting), maar belonen en prikkelen om verschillen in de start te voorkomen.

Eerste evaluatie

Zoals gezegd, ik ben nog niet toe aan een afgewogen oordeel, daarvoor is de zaak gewoon te complex. Aan de hand van de punten van Jos van Hezewijk voorzien we de verschillende armen in de mindmap van commentaar (volgende blog).

Ik wil in dit (vroege) stadium wel drie meer algemene zaken kwijt die me opvallen:

  1. De indruk die bij mij achterblijft is die van een doelredenering. Auteur is het heftig oneens met Piketty en daar moet iets bestreden worden. Rijkdom is zo verkeerd nog niet. Vervolgens worden er argumenten gezocht die dat gevoel moeten onderbouwen. In een interview kun je niet verwachten dat er feitenmateriaal wordt getoond, dus wellicht is er in het boek zelf meer achtergrond en motivatie te vinden. Maar meer principieel voor mij is een houding van nieuwsgierigheid en openheid om iets uit te zoeken (die ontbreekt). Volgens mij heeft (extreme) rijkdom en armoede voordelen én nadelen. Als econoom ben ik geïnteresseerd in de vraag wat de optimale mate van ongelijkheid is (om (in te vullen …. als doel) te bereiken).
  2. Er lijkt sprake van intrinsieke inconsistenties in de opzet van het betoog. Prima, laten we nu eens veronderstellen dat je niet zomaar rijk wordt door een (onverdiende) erfenis. Dus dat je extreem rijk wordt door daar heel hard voor te werken (en veel toe te voegen aan de maatschappij). Maar dan is het toch zo dat die rijkdom dáárna wel naar iemand toe gaat? Dus los van de verdienste? Dat kan toch niet anders? En hoe zit het met de basisstelling van Piketty dat vermogen een hoger rendement oplevert dan de economie als geheel (de groei van het nationale product of inkomen) kan waarmaken? Als je met andere woorden eenmaal een hoog vermogen hebt opgebouwd (door hard te werken, sober te leven, etc) dan zal dat vermogen automatisch harder groeien dan de groei van het totale inkomen. Dus ook als rijkdom verdiend is en nuttig/productief, treden er daarna mechanismen in werking die extremen bevorderen.
  3. Dan de oplossing. Er wordt maar één oplossingsrichting aangedragen (waarbij een andere oplossingsrichting niet mag, dat zat immers op voorhand in de stelling opgesloten). Ik had gehoopt op nog wat alternatieven in de oplossingssfeer. Maar ook hier lijkt er meer aan de hand. Stilzwijgend ligt er aan de redenering een hele belangrijke (en wat mij betreft ongetoetste) aanname ten grondslag: meer opleiding = meer inkomen = meer verdienste. Ja logisch dat de oplossing dan behelst: minder ongelijkheid -> betekent meer inkomsten voor de minder rijken -> betekent meer opleiding voor de minder rijken. De oplossing zat dus al in een heel vroeg stadium in de hoed van de goochelaar verstopt.

Kijken we zo eens terug op het verhaal dan krijg je:

  • Rijkdom is helemaal niet zo verkeerd. Menselijk talent dient beloond te worden, goed voor het individu, goed voor de samenleving.
  • Tja, soms valt er een appel of een generatie buiten de boot, shit happens.
  • Dus we willen helemaal niet af van die ongelijkheid, zeker niet door de belasting te verhogen (straf).
  • Wil je er dan toch vanaf bedenk dan dat ongelijkheid ingebakken zit in het systeem (rijken zoeken elkaar op, immigranten aan de onderkant).
  • Voor de diehards die hier nog geen genoegen mee nemen: rijkdom zit in opleiding, dus investeer in meer/betere opleiding en opvoeding aan de onderkant.

Dus de conclusie van de auteur staat al op voorhand vast: ongelijkheid zit in het systeem en is zo gek nog niet. Oplossingen zijn dan ook helemaal niet nodig. De boodschap is vooral: geen hogere belastingen. Maar het sprookje moet toch een leuk einde hebben, dus vooruit dan maar een oplossing bedacht. En die oplossing volgt 1-op-1 uit de impliciete aanname van ‘meer opleiding = hogere verdienste = meer rijkdom’. Dus zowel de conclusie als de oplossing waren op voorhand bekend.

Van een Piketty-killer had ik meer verwacht. Maar misschien zat ook deze conclusie al ingebakken in mijn betoog. Ik hoor het wel.

Rudy van Stratum

 

Eén gedachte op “Marc de Vos over extreme rijkdom

  1. HenryZ

    Interessante materie Rudy. Heb ongelijkheid nooit een probleem gevonden, er zijn veel ergere problemen. Bijvoorbeeld dat overheden verhinderen dat mensen zich uit de armoede kunnen werken. Onder het mom van werknemersbescherming zijn er zoveel regels die op het oog de werknemer beschermen, maar die uiteindelijk het tegenstelde effect creeeren. Daar zou Piketty zich druk om moeten maken, maar dat valt natuurlijk slecht in het overgereguleerde Frankrijk.

    En dan nog. Ja, er zijn families die puissant rijk zijn. Die miljarden aan kapitaal beheren en die prima leven van de opbrengsten ervan. Zou de wereld er beter uitzien als een deel van dit kapitaal onder overheidsbeheer geplaatst worden? Ik vraag het me af, overheden doen het niet zo geweldig wat betreft het producereren van goederen en diensten, ik denk niet dat de economie er beter van gaat draaien en uiteindelijk gaat dat dan ten koste van de armen.

Reacties zijn gesloten.